ORDE PASSERIFORMES Zangvogels
Familie Timaliidae. Vogels van het geslacht Alcippe behoren tot de Nontimalies en vinden hun domicilie voornamelijk in Azië waar het bewoners zijn van beboste gebieden. In kleine groepjes zoeken deze vogels naar insecten waarbij ze zelden op de grond komen. Wel zijn ze veelvuldig waargenomen in de hogere woudlagen tot vlak onder de kroonlaag. Hun komvormige nesten worden gebouwd van mos en dode bladeren op een boomtak, hangende aan takjes, ofwel in een dichte struik. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes zijn actief bij de nestbouw betrokken, broeden afwisselend op 3-4 eitjes en brengen samen hun jongen groot.
In het algemeen is er geen duidelijk verschil tussen de seksen en dat maakt het erg moeilijk om een paartje samen te stellen.
In een goed beplante buitenvolière met binnenverblijf zijn deze vogeltjes samen met minla's, yuhina’s, e.d. goed te houden. In de broedtijd is het natuurlijk altijd oppassen geblazen, Alcippe's kunnen gedurende deze tijd wat meer agressief worden.
Als voedsel geven we ze een prima insectenvoer, aangevuld met wat meel- en buffalowormen, pinky's, miereneitjes, enz. Een nectardrankje versmaden zij meestal ook niet.
Roestvleugel nontimalie - Pseudominla castaneceps (Alcippe castaneceps) - Chestnut-headed Fulvetta.
Zij leven vaak in groepen van zo'n 30 vogels, maar zoeken ook in gemengde groepen voedsel in het beboste berggebied. Deze meesachtige vogeltjes onderzoeken elke tak of twijg, boom - of varenblad naar kleine insecten. Ook vliegende insecten proberen zij te vangen. Naast de vele insecten doen zij zich tegoed aan diverse bessen, boomsappen en nectar uit vele soorten bloemen. De broedtijd loopt van april tot juni. De broedtijd is 12 - 13 dagen, de jongen worden naakt geboren en hebben een roze huidskleur. Op een leeftijd van zo'n 14 dagen verlaten de jongen het nest.
Met deze vogeltjes zijn al diverse fokresultaten bereikt.
Nepalese nontimalie - Alcippe nipalensis - Nepal Fulvetta.
Deze ongeveer 12 cm metende vogeltjes komen voor in het Oostelijk Himalayagebied, Bangladesh, Assam, Noord en Zuidwest Birma. Daar vinden we ze in het berggebied 's zomers tot op 2400 meter en in de winter tot 1800 meter hoogte. De leefgewoonten komen overheen met de voorgenoemde soort. In de broedtijd eten zij hoofdzakelijk insecten, daarna gaan zij meer over op bessen en nectar.
De broedtijd loopt vanaf maart tot juli. Er worden 3-4 blauwachtige eieren voorzien van bruine stippels en spatten gelegd. De broedduur bedraagt 11 - 13 dagen, de jongen hebben een vleeskleurige huid waarop een weinig grijsachtig dons voorkomt. Deze snelle vogeltjes verlaten al op een leeftijd van 12 dagen het nest waarin ze niet meer terugkeren. De eerste 20 dagen worden de jongen dan nog door beide ouders gevoerd, na verloop van tijd neemt dit af. In hun jeugdkleed zijn ze nog wat matter en valer van kleur. Met deze vogeltjes wordt regelmatig gefokt.
Goudborst nontimalie - Lioparus chrysotis (Alcippe chrysotis) - Golden-breasted Fulvetta.
Van oorsprong komen deze vogeltjes uit het Himalayagebied, daar vinden wij ze op hoogten van 2400 tot 3000 meter in de zomer en tot 2000 meter in de winter.
Men vindt deze 11 cm metende vogeltjes in de boomkruinen, maar ook in het lage dichte struikgewas. Tevens komen ze ook veel voor in de bamboe aanplant van het heuvellandschap.
Vaak leven zij in groepen van zo'n 20 vogels, na het broedseizoen soms tot groepen van 50 vogels. Soms zijn er andere vogels bij hen in de buurt zoals de Grijswang diksnavelmezen - Paradoxornis nipalensis en andere kleine meesachtige babbelaars.
Deze Nontimalies lijken in gedrag op mezen, ze kwetteren de hele dag en ritselen door het dichte struikgewas vaak op een meesachtige manier, buitelend of onderste boven hangend aan een wiebelende tak. Beide seksen zijn uiterlijk gelijk en niet van elkaar te onderscheiden.
De Alcippe c. amoena uit Noordoost Vietnam lijkt veel op de Alcippe c. chrysotis maar bezit tevens nog een witte streep boven de ogen tot achter in de hals. Ook de Alcippe c. albilineata uit Zuid Assam heeft dezelfde witte streep. Van de andere 2 ondersoorten is niets bekend. Het broedseizoen is in de maanden mei en juni. Van deze vogeltjes zijn nog geen fokresultaten bekend.
Roodkopnontimalia - Schoeniparus brunneus (Alcippe brunnea) - Dusky Fulvetta
Geelkeelnontimalia - Pseudominla cinerea (Alcippe cinerea) - Yellow-throated Fulvetta
Bruinwangnontimalia - Alcippe poioicephala - Brown-cheeked Fulvetta
| Timaliidae | Fulvetta | Nontimalies |
| Alcippe brunneicauda | Brown Fulvetta | Grijze nontimalia |
| Alcippe grotei | Black-browed Fulvetta | Zwartbrauwnontimalia |
| Alcippe grotei eremita | ||
| Alcippe grotei grotei | ||
| Alcippe morrisonia | Grey-cheeked Fulvetta | Grijswangnontimalia |
| Alcippe morrisonia davidi | ||
| Alcippe morrisonia fratercula | ||
| Alcippe morrisonia hueti | ||
| Alcippe morrisonia laotiana | ||
| Alcippe morrisonia morrisonia | ||
| Alcippe morrisonia rufescentior | ||
| Alcippe morrisonia schaefferi | ||
| Alcippe morrisonia yunnanensis | ||
| Alcippe nipalensis | Nepal Fulvetta | Nepalese nontimalia |
| Alcippe nipalensis nipalensis | ||
| Alcippe nipalensis stanfordi | ||
| Alcippe peracensis | Mountain Fulvetta | Maleise nontimalia |
| Alcippe peracensis annamensis | ||
| Alcippe peracensis peracensis | ||
| Alcippe poioicephala | Brown-cheeked Fulvetta | Bruinwangnontimalia |
| Alcippe poioicephala alearis | ||
| Alcippe poioicephala brucei | ||
| Alcippe poioicephala davisoni | ||
| Alcippe poioicephala fusca | ||
| Alcippe poioicephala haringtoniae | ||
| Alcippe poioicephala karenni | ||
| Alcippe poioicephala phayrei | ||
| Alcippe poioicephala poioicephala | ||
| Alcippe pyrrhoptera | Javan Fulvetta | Javaanse nontimalia |
| Fulvetta cinereiceps | Grey-hooded Fulvetta | Grijskopnontimalia |
| Fulvetta cinereiceps cinereiceps | ||
| Fulvetta cinereiceps fessa | ||
| Fulvetta cinereiceps fucata | ||
| Fulvetta cinereiceps guttaticollis | ||
| Fulvetta danisi | Indochinese Fulvetta | Danis' nontimalia |
| Fulvetta danisi bidoupensis | ||
| Fulvetta danisi danisi | ||
| Fulvetta formosana | Taiwan Fulvetta | Taiwannontimalia |
| Fulvetta ludlowi | Ludlow's Fulvetta | Bruinkeelnontimalia |
| Fulvetta manipurensis | Streak-throated Fulvetta |
Streepkeelnontimalia
|
| Fulvetta manipurensis manipurensis | ||
| Fulvetta manipurensis tonkinensis | ||
| Fulvetta ruficapilla | Spectacled Fulvetta | Brilnontimalia |
| Fulvetta ruficapilla ruficapilla | ||
| Fulvetta ruficapilla sordidior | ||
| Fulvetta striaticollis | Chinese Fulvetta | Chinese nontimalia |
| Fulvetta vinipectus | White-browed Fulvetta | Witbrauwnontimalia |
| Fulvetta vinipectus austeni | ||
| Fulvetta vinipectus bieti | ||
| Fulvetta vinipectus chumbiensis | ||
| Fulvetta vinipectus kangrae | ||
| Fulvetta vinipectus perstriata | ||
| Fulvetta vinipectus ripponi | ||
| Fulvetta vinipectus valentinae | ||
| Fulvetta vinipectus vinipectus | ||
| Lioparus chrysotis | Golden-breasted Fulvetta | Goudborst nontimalie |
| Lioparus chrysotis albilineatus | ||
| Lioparus chrysotis amoenus | ||
| Lioparus chrysotis chrysotis | ||
| Lioparus chrysotis forresti | ||
| Lioparus chrysotis robsoni | ||
| Lioparus chrysotis swinhoii | ||
| Pseudoalcippe abyssinica | African Hill-babbler | Ethiopische monnikstimalia |
| Pseudoalcippe abyssinica abyssinica | ||
| Pseudoalcippe abyssinica ansorgei | ||
| Pseudoalcippe abyssinica claudei | ||
| Pseudoalcippe abyssinica monachus | ||
| Pseudoalcippe abyssinica stierlingi | ||
| Pseudoalcippe atriceps | Ruwenzori Hill-babbler | Ruwenzorimonnikstimalia |
| Pseudominla castaneceps | Rufous-winged Fulvetta | Roodvleugelnontimalia |
| Pseudominla castaneceps castaneceps | ||
| Pseudominla castaneceps exul | ||
| Pseudominla castaneceps soror | ||
| Pseudominla castaneceps stepanyani | ||
| Pseudominla cinerea | Yellow-throated Fulvetta | Geelkeelnontimalia |
| Pseudominla klossi | Black-crowned Fulvetta | Zwartkruinnontimalia |
| Pseudominla variegaticeps | Golden-fronted Fulvetta | Bonte nontimalia |
| Schoeniparus brunneus | Dusky Fulvetta | Roodkopnontimalia |
| Schoeniparus brunneus argutus | ||
| Schoeniparus brunneus brunneus | ||
| Schoeniparus brunneus olivaceus | ||
| Schoeniparus brunneus superciliaris | ||
| Schoeniparus brunneus weigoldi | ||
| Schoeniparus dubius | Rusty-capped Fulvetta | Olijfflanknontimalia |
| Schoeniparus dubius cui | ||
| Schoeniparus dubius dubius | ||
| Schoeniparus dubius genestieri | ||
| Schoeniparus dubius intermedius | ||
| Schoeniparus dubius mandellii | ||
| Schoeniparus rufogularis | Rufous-throated Fulvetta | Roodkeelnontimalia |
| Schoeniparus rufogularis collaris | ||
| Schoeniparus rufogularis kelleyi | ||
| Schoeniparus rufogularis khmerensis | ||
| Schoeniparus rufogularis major | ||
| Schoeniparus rufogularis rufogularis | ||
| Schoeniparus rufogularis stevensi |